25 april 2005

Magnum Opus (Part 1)

“Eenzaamheid is een recht dat door de meesten als een veel te zware en opgelegde straf wordt ervaren.” Het is een boutade als een ander, maar hoe langer ik er over nadacht, hoe beter ik ze vond om dit schrijfsel mee te openen. Temeer ik deze uitspraak zelf net heb uitgevonden, en ik er dan ook vierkant achtersta, al hoeft dat ook weer niet altijd het geval te zijn. Ik denk hierbij bijvoorbeeld aan die keer dat de stelling: “Pissende mensen zullen zich nooit op dat nederige moment tot de Heer wenden” in me opkwam, maar dat het ongelijk van die zin me meteen duidelijk werd toen ik bij een kort daaropvolgende zeikbeurt een hevige urineweginfectie bleek opgelopen te hebben. Opmerkelijk hoe snel je ogen op zo’n moment ten hemel rijzen, terwijl ieder weldenkend mens maar al te goed weet hoe belangrijk het is je blik op het richtgebied te houden. Toch durf ik evengoed aan de cafétoog die uitspraak af en toe nog eens herhalen, en het is typerend voor het klootjesvolk hoe ze dat allemaal maar braaf beamen, enkel en alleen omdat iemand als ik die uitspraak doet. Alsof ze nog nooit zelf een urineweginfectie hebben opgelopen, het zou me zeer verbazen. Vooral van Rik, de dagelijkse hoerenloper, zou het me de bek doen openvallen. Over sport of auto’s kan hij niet meepraten – ik ook niet, maar ik sta sterk genoeg in mijn schoenen om te doen alsof – doch, als er over syfilis en/of chlamydia gekletst wordt, ontspringt er binnen de kortste keren een monoloog van zijn lippen, verhalend over al z’n ervaringen met deze ‘risico’s van het vak’, zoals hij het zelf altijd maar weer noemt. Gelukkig zijn syfilis en/of chlamydia niet vaak het onderwerp van de dag, dus valt het al bij al wel mee met Rik’s monologen.

Met dat schrijven over het café, kreeg ik zelf alweer zin om er op te gaan, hoewel mijn laatste bezoekje nog geen 12 uur geleden was. Nu moet je er natuurlijk wel rekening mee houden dat je hier een fictief verhaal aan het lezen bent, en ik bijgevolg niet écht op café ga. Hoe zou ik anders kunnen opschrijven dat ik op café ga, en welke mensen ik daar tegenkom? Welke ongetwijfeld diepzinnige gesprekken ik daar –of elders- voer? Welke belevenissen ik onderga? In werkelijkheid blijf ik comfortabel achter mijn PC zitten, en typ ik woord voor woord welke mensen ik zou kúnnen tegenkomen, welke diepzinnige gesprekken ik zou kúnnen voeren, welke belevenissen ik zou kúnnen ondergaan. Ben ik daarom een leugenaar? Een fantast? Een duimzuiger? Nee toch? Deze fictie heeft immers zijn wortels diep in de realiteit geplant, en de mensen die ik zou kunnen tegenkomen, zijn gebaseerd op mensen die ik echt ken - al hebben ze elk, deels om hun privacy te beschermen, maar merendeels om mezelf te vrijwaren van mogelijke processen wegens laster en eerroof en andere juridische termen, een psuedoniem gekregen, en zijn de diepzinnige gesprekken die ik zou kunnen voeren, gestoeld op eerdere gesprekken, of nabesprekeingen en beschouwingen van eerder gevoerde praatjes, en zijn de gebeurtenissen die ik zou kunnen ondergaan, weerspiegelingen van de tragiek van het leven. Durf me dus voor je eigen veiligheid geen fantast te noemen, de volgende keer ik voor je neus sta, of het zal je nog lang heugen. Herman Brusselmans, dat is een fantast, al zal hij het natuurlijk zelf wel ten stelligste ontkennen, de lul. Omdat hij nu toevallig in het merendeel van zijn romans en columns zijn eigen naam gebruikt voor het hoofdpersonage, maakt een verhaal nog niet autobiografisch. Ik gebruik in dit meesterwerk een andere, veel mooiere en beter bekkende naam voor mezelf, en toch nog zal dit verhaal realistischer en waarheidsgetrouwer zijn dan enige letter van Herman B., temeer ik mijn schuilnaam ook in het echte leven gebruik. Zo innig zijn mijn fictie en realiteit verweven.

To Be Continued

24 april 2005

Gaia-droom

Een ex – vriendin van me liep hoog op met haar geliefde liefdadigheidsinstelling Gaia. Ik heb Gaia eens verbaal aangevallen in haar bijzijn en waarschijnlijk is dat dé reden dat ik nu al enige tijd terug vrijgezel ben. Ach, wat verdomt het me ook? Denkt ze nu echt dat een groeperinkje als Gaia ooit de wereld zal kunnen verlossen van alle stoute meneren die arme diertjes pijn doen of zelfs boelkloedig (geen schrijffout) vermoorden? Nee, nog voor geen vijf minuten zullen ze daar in slagen. Of verwacht je dan echt dat ze iedere dierenhater zullen aanpakken? Dat ze eerst incognito beverige beelden van lage kwaliteit komen schieten met een camera, voor de gelegenheid verborgen in een tas vol namaakhormonen of in een namaak – houten stok van kwaliteitsvol rubber, kwestie om de geobserveerde dieren niet te kwetsen bij een toevallige aanvaring met de roe. En zullen ze dan, in een poging de mishandelaar tot inkeer te brengen, met zijn allen afzakken naar het kamp waar de brutaliteiten worden uitgevoerd, om daar met hun allen rond de aanvoerder van de bende zielige schoftjes plaats te nemen, eventueel verkleed in het dier dat onder deze mismens zovele ontberingen moet ondergaan, en dan met gekruiste armen hun stil protest zullen aanvangen, ostentatief met de armen gekruist voor de borst, waarmee ze lijken te willen zeggen; “En nu, manneke? Nu hebt ge wel wat minder praat, tegen marmotten van uw eigen grootte.” Dit protest is uiteraard pas effectief na minstens drie dagen van intense concentratie, volstrekt zwijgen en een dwingende blik van ieder Gaia – lid richting het nieuwe slachtoffer. Het is dus duidelijk dat Gaia – leden wel degelijk gemotiveerd moeten zijn. Als dan uiteindelijk de wil van die ene rotzak gebroken is, zal hij uiteindelijk zelf zijn fouten hebben ingezien en spontaan de rubberen darm, ingesmeerd met olie om het glijden te vergemakkelijken in de arme keeltjes van de ganzen die uiteindelijk enkel foie gras zullen opleveren, in zijn eigen keelgat rammen en zomaar eens eventjes vijf kilo van de gortepap ‘eigen bereiding met geheime kruidenmix’ rechtstreeks in zijn maag laten stromen. Pas dan mogen de Gaia – leden hun zwijgen doorbreken en zullen ze eensgezind een zucht van opluchting slaken. Tot meer zullen hun stembanden na de lange en vermoeiende dagen niet meer in staat zijn. De deurwaarder die ze zelf hebben meegebracht, trekt in een hoekje van de ruimte stilletjes een streep over weer een naam in zijn dikke lijst van alle dierenmishandelaars ter wereld. Zelfs deze man zal een glimlachje niet kunnen onderdrukken, zij het dan omdat hij reeds zijn rekening aan het maken is voor zijn extreem lange wachttijd.

Bij al deze acties zal natuurlijk Michel vanden Bossche steeds aanwezig zijn, om zijn ‘schaapjes’ te blijven motiveren op de plaats delict en om eventuele nieuwe orders te geven met slechts enkele bewegingen van zijn unieke enkele wenkbrauw die over de lengte van zijn gehele voorhoofd reikt. Gaia zal binnenkort aldus in het werk verzuipen, en Michel vanden Bosch zal, helaas, geen tijd meer hebben voor tijdsverspillende televisie – optredens.

Misschien had mijn ex – lief, nu ik er dan over nadenk, dus toch gelijk en wordt het dankzij Gaia, en dan vooral door het verdwijnen van meneer vanden Bossche van onze TV, toch nog een iets mooiere en betere wereld.

Verveling

Verveling en eenzaamheid

Een stigma dat zwaar is om te dragen

Onbegrip bij de mensen

Zoveel keus, zoveel vrije wil

Had ik maar wat beter opgelet

Tijdens de lessen sociale omgang

Telkens onderwezen tijdens de pauzes

Terwijl ik liever alleen gelaten werd

Nu betaal ik de prijs

Voor mijn koppig denken

Toen ik nog te klein was om te begrijpen

Waar het in werkelijkheid al om draait

Isolement leidt tot grauwheid en grauwheid tot afzondering

Een vicieuze cirkel

Niet in staat door te breken

Niet in staat verveling te bestrijden

Met het enige wat echt effectief blijft

Vriendschap als kleur in het leven